Naar het land van de heuvels en de blauwende einders
Het heuvelland van Overijsel! Wie er eenmaal kennis mee heeft gemaakt zal steeds weer terugdenken aan de dagen, toen hij toefde in deze liefdelijke streek. Op de kammen der heuvelen heeft men een verrassend uitzicht op een wijde omgeving. Overal ziet men de dorpen liggen, verscholen onder het groen. Welk een machtige taal spreken de donkere dennebosschen, de heidevelden en de holle, afloopende wegen, aan het eind waarvan de verten blauwen .... De geologen vertellen, dat de heuvelreeks, welke dwars door Twente loopt, haar ontstaan te danken heeft aan het landijs, dat van het Oosten kwam aandrijven. Diepe ravijnen snijden zich hier en daar door het heuvelland, dat met zijn bosschen, zijn heide met opslag van dennen, een sfeer van rust en schoonheid ademt. Men komt onweerstaanbaar onder den invloed van de machtige taal, welke hier de natuur tot den nietigen mensch spreekt. Het heuvelland van Twente en Salland bevat een schat van schoonheid, welke nog tè weinig aan de landgenooten bekend is. Hoevelen, die het Schwarzwald en de Harz op hun duimpje kennen, weten iets van de haast mystieke pracht van de "Overijselsche bergen", welke in menig opzicht de vergelijking met de genoemde toeristencentra kunnen doorstaan, al zijn de heuvels hier heel wat minder hoog.
De mensch is bezig geweest om deze natuur te "verfraaien". In Holten, op een der mooiste punten van het heuvelland, kruipen de landhuizen reeds ver den berg op, maar gelukkig heeft het provinciaal bestuur, dat zeer veel hart heeft voor het natuurschoon, hier bijtijds ingegrepen. De autowegen tusschen Nijverdal-Hellendoorn en Holten hebben inderdaad de wondere pracht der Overijselsche heuvels voor een grooter publiek ontsloten. Maar toch .... men krijgt een wrang gevoel op plekken, waar vroeger alleen de wandelaar en een enkele, zeer volhardende fietser kon komen, de claxons te hooren en de benzinedampen op te snuiven. Maar het moet gezegd worden, dat de wegen met kennis van zaken zijn aangelegd en dat al het mogelijke is gedaan om het schenden van natuurschoon zooveel mogelijk te voorkomen. Vandaar, dat deze autowegen, welke toch ook hun goede zijde hebben, niet zoo storend werken.
Goor is het uitgangspunt van onzen tocht door het land der heuvels. Achter Goor stijgt de weg naar Markelo, om zich over den Herikerberg te werken. Opzij ziet men rulle zandwegen, die zich in een wazig blauw verliezen. Ter rechterzijde van den weg rijst de belvedère op, vanwaar men een uitzicht heeft over bijkans geheel Twente en Salland. Wild en ruig is de Herikerberg; helaas hebben vandalen hier veel vernield, waardoor de eigenaar zich genoodzaakt heeft gezien om de vroeger geheel vrije wandeling te verbieden. Een bijzonderheid van den Herikerberg vormen de leemkuilen, waarvan sommige een diepte van pl.m. 20 meter bereiken. Die oude leemkraters, waaruit vroeger het materiaal voor de aan den weg naar Goor gelegen steenfabrieken werd gedolven, zijn de moeite waard, zoowel voor den geoloog als voor den botanicus. Een wilde flora wordt hier aangetroffen, overal groeien braamstruiken, in de steile wanden nestelen de oeverzwaluwen. Duidelijk zijn in deze leemkuilen de bodemprofielen te herkennen; ook hier golfde vroeger de zee, hetgeen blijkt uit de talrijke haaientanden, die men gevonden heeft in de leemlagen. Daalt men verder den heuvel af, dan komt men in de vriendelijke buurtschap Herike.
Wij keeren echter terug naar den grooten weg en slaan thans links af, waar het Twente-Rijnkanaal door de eertijds haast ondoordringbare moerassen van het Stokkumer Vlier snijdt, een waar paradijs voor watervogels; zelfs de roerdomp houdt daar verblijf. En dan naar Markelo, het aardigste, welvarendste Twentsche dorp, dat we kennen, met een zeer vriendelijke bevolking. Hoewel de Markeloërs goed met hun tijd meegaan, zijn hier nog tal van aardige oude gewoonten bewaard. Markelo is het dorp van de Twentsche boerendansers, die een speciale vereeniging hebben opgericht en overal hun oude volksdansen ten beste geven bij de muziek van de "spöllieden", de harmonicaspelers.
Afbeelding: Markelosche boerendansers
Rond Markelo, waar eeuwen geleden de Saksers hun gouwvergaderingen hielden en de eerste Christenzendelingen in Twente predikten, rijzen de heuvels. De weg naar het op 3 kwartier afstand van het dorp gelegen station slingert zich over den prachtigen Stokkumer esch. De jongelingschap van de uitgestrekte buurtschap Stokkum was vroeger in den wijden omtrek gevreesd. Op alle kermissen in de omgeving verschenen de Stokkumers om te slaan en te snijden naar oude traditie. Enkele tientallen jaren geleden kon men vele Stokkumers zien met groote litteekens, waarop ze niet weinig trotsch waren. Aan die liefhebberij is door krachtig optreden der politie gelukkig een eind gekomen.
Op den avond van den eersten Paaschdag levert de omgeving van Markelo een bijzonderen aanblik op: op alle heuvels worden de Paaschvuren ontstoken. Nergens in Twente komt dit oude gebruik zóó tot zijn recht.
De Markelosche berg ligt vlak ten Zuiden van de kom van het dorp. Van zijn top geniet men wellicht het mooiste uitzicht in de omgeving; vooral de blik op het nabije Markelo en op de wijde korenvelden is van een zeldzame bekoring. Rijk is hier het plantenleven; in den zomer bloeien overal de bloemen in groote verscheidenheid. Van den Markeloschen berg, ook wel Koelenberg geheeten, voeren prachtige paadjes Westelijk naar den Dingselerberg en den Kattenberg. Hier stuiten we op de Schipbeek met haar met bloemen bezette boorden. Vooral in de omgeving van de Roosdomsche brug is het landschap idyllisch; daar komt men in het mooie Markelerbroek. Ten Oosten van Markelo liggen, ook in de onmiddellijke nabijheid van de dorpskom, twee andere heuvels: de Hulpe en de Hemmel. Romantisch zijn overal de holle ruige wegen, veelal loopend tusschen donkere dennenbosschen. Afwisselend en uiterst liefelijk is overal het landschap.
Afbeelding: Bij Markelo in den oogsttijd
In Noordelijke richting verlaten we Markelo, in welker prachtige omgeving men dagenlang kan ronddolen. De grintweg naar de buurtschap Elsen brengt ons naar een der mooiste deelen van de uitgestrekte gemeente. Bij de herberg "De Kemper" gaat men linksaf naar den merkwaardigen Friezenberg, een plek, waaromheen vroeger een geheimzinnig waas zweefde. De top, welke den vorm heeft van een afgeknotten kegel, is met dennen begroeid; vele sagen zijn aan dezen typischen heuvel verbonden, die een paar jaar geleden door den heer G. J. van Heek jr. te Enschede aan de Vereeniging "Het Overijsselsch Landschap" ten geschenke werd gegeven. Een uitgestrekt heideveld ligt aan den voet van dezen "berg", waar vele voorwerpen uit overoude tijden werden opgedolven. Een heel Germanenkerkhof werd hier blootgelegd.
Vlak bij is de waterrijke buurtschap Elzen met beken en broeklanden. Een binnenweg loopt van hier naar Enter het dorp der klompenmakers. Overal ziet men hun werkplaatsen; voor vele huizen staat wilgenhout opgetast. De stroompjes bij Enter, waren vroeger bevaarbaar, waardoor het dorp eertijds de standplaats van vele schippers was. Het dorp, dat tot de gemeente Wierden behoort, maakt een verzorgden indruk. Aardig is de omgeving van de oude Ned. Herv. Kerk.
Afbeelding: Enter, het afwerken van de klompen
Terug in Elzen volgen we zoolang den grintweg naar Markelo, tot we een rijwielpad ontwaren, dat ongeveer in Noordelijke richting loopt. Dat pad voert midden door de bosschen en heuvels ten Zuiden van Rijssen, door het bekende Hollandsche "Schwarzwald", zooals men eens in een onzalig oogenblik dit schoone plekje vaderlandschen bodem heeft gedoopt. Misschien herinneren de prachtige dennebosschen sommigen inderdaad aan het Zwarte Woud, maar het is jammer, dat men dit gebied op die wijze voor een soort tweedehandsch toeristenstreek gaat verslijten. Dit bosch- en heuvelland heeft een eigen schoonheid van groote waarde. Wijd open liggen er de heidevelden, bemoste paadjes slingeren er zich door de bosschen. De gele brem, de zonnedauw, de wolfsklauwen andere planten groeien hier welig; eenig in geheel Twente is de driedistel. Het zeer mooi in het landschap passende hotel Rijsserberg biedt vanaf zijn terras een grootsch vergezicht.
En dan het breede pad bergaf, naar Rijssen. Korenvelden op de hellingen boeien het oog. Aardig is de entrée in het hoogst merkwaardige stadje, dat tot de weinige plaatsen in Nederland behoort, die nog een geheel bijzonder karakter dragen. Een ieder, die in Rijssen komt, zal onmiddellijk getroffen worden door de typische sfeer. Tal van vrouwen en meisjes ziet men hier in ouderwetsche kleederdracht met het zwarte jak en de witte schort. Verschillende straten leveren een ongewonen aanblik op; boerenhuizen rijen zich daar aaneen, woningen van het echte oud-Saksische type met het "achtereinde" naar de straatzijde. Zeer merkwaardig is vooral het Haareind, waar overdag een echt boerenbedrijf heerscht. Vele landbouwers, die hun gronden buitenaf hebben liggen, wonen in een van die oude boerenhuizen in het stadje. Nog niet zoo lang geleden - misschien komt het zelfs nu nog voor - zagen we in Rijssen voor ettelijke woningen mesthoopen, waarop kippen en andere dieren rondscharrelden.
Afbeelding: Rijssen, Bouwstraat
Een wandeling door Rijssen's straten moet men niet overslaan. Een bijzonderen aanblik leveren de stadspompen op, die vermoedelijk spoedig door een waterleiding zullen worden vervangen. Het heeft heel wat voeten in de aarde gehad voor die waterleiding er kwam; het is een heele kleine-stadsgeschiedenis op zich zelf. De oude molens aan verschillende kanten van het plaatsje trekken de aandacht. Voor hoe lang nog? Misschien is er al een van zijn luister, zijn wieken beroofd, wanneer dit boekje verschijnt. Vooral de pelmolen naar den kant van Wierden moet worden genoemd.
Het is haast vanzelfsprekend, dat in Rijssen vele oude gebruiken nog voortleven. Heel typisch is de z.g. Stadsbleek, waar op den waschdag - des Dinsdags - de wasch door vrouwen uit alle deelen van het stadje wordt behandeld in het water van een hier ontspringende bron. Een merkwaardigen blik levert die stadsbleek op, wanneer de wasch van vele ingezetenen er te drogen wordt gelegd. Om diefstal gedurende den nacht te voorkomen, is een speciaal gebouwtje voor den nachtwacht op de Stadsbleek opgericht. Een dergelijke gemeenschappelijke bleek vindt men ook in Diepenheim.
Een andere bijzonderheid van Rijssen is de stadsweide "de Mors", welke zich achter het station uitstrekt. Daar weiden des zomers honderden koeien van de ingezetenen. Vele Rijssenaars, ook al zijn ze geen landbouwer meer, houden er nog een koe op na. Vooral op den lentedag, wanneer het vee voor het eerst naar de weide gaat, heerscht er op "de Mors" een groote drukte. Voor de ingezetenen van den ouden stempel is het dan een ware feestdag.
Aan alle zijden van Rijssen is het een mooi land voor den trekker. Ten Noorden ligt de boschrijke buurtschap Zuna. Eenigszins ten Oosten daarvan het schilderachtige Notter met vele rustieke huizen. Aardig is het bij het oude veer aan de Regge, bij de adellijke behuizing Oosterhof en de plek, van het voormalige sterke kasteel "de Grimberg", waaraan allerlei overleveringen zijn verbonden. Temidden van het mooie bosch ligt nog de oude gracht.
Vele andere mooie plekjes, zooals de Esch en het Rijssensene Veen zouden we nog kunnen noemen.
We verlaten Rijssen langs den grooten weg naar Nijverdal. Even buiten het stadje gaan we linksaf en volgen een weg, waarlangs een breede sloot loopt. Veel bekoorlijks biedt het landschap vooreerst niet; alleen de nabijheid van de Sallandsche heuvels verleent er een apart cachet aan. Wij volgen echter deze route, omdat wij daardoor op de mooiste wijze in het gebied van den prachtigen Holterberg komen.
Afbeelding: Holterberg
De vele paddestoelen, welke de A.N.W.B. hier plaatste, wijzen den weg vanzelf, die langzaam oploopt. Ongemerkt komen we weer in het land van de heuvels, in een gebied, dat tot het allermooiste behoort, dat de "bergen" van Salland en Twente bieden. Wijd en schoon is hier de heide met dennenopslag; rulle zandwegen geven aan het geheel een bijzonder aspect. Dicht vlijen zich de dennebosschen tegen de heuvels aan; steeds weer afwisseling van heide en bosch. Prachtig is het hier, wanneer de heide bloeit en de bijen zoemend vliegen van bloem tot bloem. Wanneer men dan terneerzit in de heide onder de schaduw van een boom en zijn blik ver in het ronde laat gaan, zal men erkennen, dat dit land schoon, O zoo schoon is. De autowegen, die we reeds noemden, ontsluiten dit wonderland voor velen. Vooral op den kam der heuvelrij komt men onder den indruk van de groote schoonheid; wijd gaat de blik naar het Westen, waar het vlakke Salland zich uitstrekt tot aan den gezichtseinder.
Diep loopen de ravijnen door dit grootsche gebied, waar de dennen zoo prikkelend geuren en den moeden stadsmensch nieuwe levenskracht geven. Prachtige steensoorten boeien hier den geoloog, oude mystieke volksverhalen spreken tot de verbeelding. Een bijzonder punt is het ravijn het "Niemendal". Verdroomd ligt tusschen de bosschen het "kolkje".
Afbeelding: ‘t Kolkje
Voor kampeerruimte is in Holten ruimschoots gezorgd; er zijn zelfs speciale kampeergebouwen ingericht. Holten ligt pittoresk aan de Zuidzijde van den "Berg"; welke in een theehuis met belvedère en een "los hoes" nog speciale attracties bezit. Voor natuurminnaars is de veel minder bekende Zuurberg ten Zuiden van Holten haast nog mooier dan de "berg", daar er slechts weinig toeristen komen. Hier frappeeren vooral de aardige, in het groen verscholen boerderijtjes aan den voet van den heuvel.
Een mooie weg loopt van Holten naar Raalte door de buurtschappen Neerdorp en Eespelo. Verder naar den kant van Deventer ligt Dijkerhoek, dat meer een specifiek Sallandsch karakter draagt met veel groene weiden, waarin het mooie rood-bonte IJselvee graast.
De merkwaardige Helhuizerweg leidt langs de Westzijde van den Holterberg en Neerdorp naar het rustige dorpje Haarle in de gemeente Hellendoorn. In de Helling van den berg boort zich het typische ravijn "de diepe Hel". Mooi is het op den Haarlerberg met zijn uitgestrekte, zeer wildrijke bosschen.
En dan komen we in Nijverdal, de industrieplaats in een prachtige omgeving. Het dorp heeft zijn opkomst te danken aan Thomas Ainsworth, die hier de textielnijverheid vestigde en die in het thans gerestaureerde kasteel "De Eversberg" overleed. Even verrukkelijk als de omgeving van Holten is die van Nijverdal. Ga naar den 83 Meter hoogen Koningsbelt, naar het Endmeer, het Stort en andere plaatsen; we zouden slechts in herhaling vallen door steeds weer te vertellen van heuvels, heide, dennebosschen en blauwende horizonten. Zoo is het overal op en langs de heuvelrij van Overijsel. In den Nijverdalschen Berg is zelfs goud gegraven, waarmede in 1902 een maatschappij begon. Goud werd er wel gevonden, maar het werk was zoo kostbaar, dat het niet loonend bleek. Nijverdal heeft een kampeergebouw, mooie kampeerterreinen en niet te vergeten een schitterende, nieuwe jeugdherberg "Doevenbree".
Afbeelding: Bij Hellendoorn
We vervolgen de heuvelreeks in Noordelijke richting; van de toppen der "bergen" leiden berken- en dennenlaantjes naar omlaag waar tusschen de boomen het mooie dorpje Hellendoorn schemert. Ten Westen van de heuvels slingert zich het riviertje de Regge door het land, dat door de kanalisatie veel van zijn vroegere schoonheid heeft verloren.
In Hellendoorn, waar de oude dorpskerk in zijn toren een klok bevat van den beroemden klokkengieter Gerard van Wou, werd het eerste Volkssanatorium in Nederland gesticht in een verrukkelijke omgeving. De prikkelende reine boschlucht heeft velen de verloren levenskrachten hergeven. Uitgestrekte bosschen van loofhout en dennen strekken zich rondom het sanatorium uit.
Haast ontelbaar zijn de steeds rijzende en dalende wandelwegen in dit land van zeldzame schoonheid. Hellendoorn is een ideaal oord voor kampeerders, die hier vele geschikte terreinen kunnen vinden. Een heel mooi plekje ten Noorden van Hellendoorn is 't Hancate, waar een ophaalbrug in den weg naar Ommen over het Overijselsche kanaal voert. Vlakbij wordt de Regge door het kanaal geleid. Een schaapskooi trekt de aandacht; nog kan men hier den herder met zijn wolvee zien ronddolen. Noordwaarts rijst de Lemelerberg op, waar het heuvelland van Twente en Salland zijn bekroning vindt in een top met een machtig vergezicht ....
Geen opmerkingen:
Een reactie posten