DERDE RIJWIELTOCHT
De route, die wij nu volgen, brengt ons eigenlijk wel een beetje uit onzen koers en buiten Twenthe, maar het eerste gedeelte tot aan Den Ham biedt zoveel schoons, dat deze omweg waarlijk wel de moeite waard is. Voor ditmaal gaan we niet langs rijwielpaden, maar hoofdzakelijk langs harde, doch rustige wegen.
Wij volgen vanaf Hellendoorn den fraaien grintweg naar Ommen, langs den voet van den Hellendoornschen berg. Daarboven ligt in heerlijke dennenomgeving het Volkssanatorium Hellendoorn. Wij passeeren al spoedig de oprijlaan naar dat sanatorium en naar den Eelerberg van mevr. Vening Meinesz. Weldra zijn we weer tusschen de bosschen. Verderop zien we rechts de verstrooid liggende boerderijen van het gehucht Eelen en, na den hoogen esch rechts, van Rhaan.
Kaart van de rijwielpaden in Twenthe. 1926 (2x klikken voor vergroting)
Bij het Hankate gaan wij over het Overijselsch kanaal en zien verder den grintweg volgende, den Lemelerberg als een kolossus voor ons liggen. Bij het kerkje van Lemele houden wij rechts. De Lemelerberg houdt ons een geruimen tijd gezelschap en noodigt ons als het ware uit, om eens een bezoek boven te brengen. En al is het een heele klim, het bezoek loont de moeite zeer zeker. Wij doen 't beste als we tusschen de bosschen van het Huis Archem gekomen - we kunnen dit huis, eigendom van de familie Van der Wijck, niet zien liggen - linksaf de blauwe schildjes van den wandelweg van den A.N.W.B. volgen, den weg op tusschen de dennen door. De tocht naar boven is niet zoo heel gemakkelijk, maar boven wacht ons dan ook een schitterend panorama als belooning voor de klimpartij. Hoe meer we stijgen, hoe ruimer het uitzicht wordt, dat wel het fraaist is bij het triangulatiepunt. In het noorden ligt, vrij dicht bij, het oude, aan de Vecht en te midden der bosschen gelegen, stadje Ommen. Links daarvan ontwaren wij Vilsteren, Rechteren en Dalfsen, aan de zich als een zilveren lint door het landschap slingerende Vecht. Noordoostelijk zijn de bosschen rondom het kasteel Eerde. Nog verder weg kunnen wij Hardenberg zien liggen. Oostelijk ontdekken we Den Ham, Vriezenveen, Almelo en heel in de verte de heuvels bij Ootmarsum en Oldenzaal. Met den kijker kunnen we zelfs het slot Bentheim zien. Naar het zuiden liggen Lemele, de bosschen van de Eeler- en Hellendoornsche bergen, de fabrieken van Nijverdal en Rijssen. Westelijk van den Eelerberg verheft zich de Luttenberg met het gelijknamige dorpje, verder op zijn de fabrieken in het Lemelerveld, Raalte, Heino enz. Welken kant we ook uitkijken, naar alle zijden is het uitzicht ruim en telkens weer ontdekt ons oog andere torentjes en wijzen tal van fabrieksschoorsteenen er op, dat we dicht bij het nijvere Twenthe zijn. Bij helder weer kan men met den kijker zelfs Zutfen en de schepen op de Zuiderzee zien.
Na met moeite afscheid genomen te hebben van het verrassende panorama, zoeken wij onze rijwielen weer op. We volgen nog een eindweegs ,door bosch en heide den grintweg, gaan. bij de Nieuwebrug over de Regge en slaan bij den wegwijzer rechtsaf. Al spoedig zijn we te midden der Eerder bosschen. Gaan wij bij de eerste bocht rechts even door het draaihekje, dan komen we op den Hoogen Oever van den Regge, vanwaar we een aardig kijkje hebben op het riviertje.
De grintweg, dien we volgen, loont alleen reeds den omweg, dien wij gemaakt hebben. Aan beide zijden van den weg staat hoog dennen- en loofhout, dat wel het fraaist is als we bij de oprijlaan van het Kasteel Eerde zijn.
Vroeger stond hier een roofslot, dat in 1380 na een belege¬ring door den Bisschop van Utrecht is ingenomen en verbrand werd. Vanaf 1706 is het goed in handen van de Van Pallandts. De tegenwoordige eigenaar is Ph. D. baron van Pallandt van Eerde.
Nog een tijdlang rijden wij door de heerlijke bosschen, gaan dan over de Hammerwetering en zien weldra Den Ham voor ons liggen. Bij de kerk in Den Ham rijden we rechtsaf en volgen verder den grintweg, die ons langs de Zandstuive bij de brug over het kanaal en vervolgens in het dorpje Daarle brengt. Zoodra wij dit dorp met zijn hoogen esch achter den rug hebben, krijgen we een vrij eentonig stuk heide met veenplassen. Over deze heen zien wij links de fabrieken van de firma Jansen & Tilanus, daarachter Vriezenveen en meer zuidelijk Almelo. Bij den wegwijzer rijden wij rechtuit en komen dan tusschen de hooge esschen van het Hooge Heksel. Dan volgt weer een stukje heide en bosch met de Villa Het Vossenbosch van den heer B. Scholten te Almelo en met links steeds het gezicht op Vriezenveen en Almelo. Langs hoog bouwland. en door de buurt het Loo bereiken wij aan de overzijde van den spoorweg Wierden. Wij volgen, om den weg naar Almelo te vinden, de aanwijzingen van de bekende bondswegwijzers. Bij het hôtel De Zwaan slaan wij links den weg naar Almelo in. Even voorbij de weverij van de firma Ten Bos gaan we over de Hollandergraven en slaan vervolgens, daar de hoofdweg ons wel wat al te druk kan worden, het eerste wegje aan onzen rechterhand in. Het paadje langs dien weg is wel erg smalletjes, maar allengs wordt het breeder, om verderop in een sintelweg over te gaan, die achter den Bellinkhof langs loopt.
Steeds rechtuit rijdende, komen wij bij het Hinsenveld van den heer A.M. Tilanus aan de Almelosohe Aa, aan de overzijde waarvan het buiten Beeklust van de familie Ledeboer ligt. Wij volgen linksaf den loop van het stroompje. Na eene in het hooge hout gelegen boerderij, komen we bij een bruggetje en rijden rechtuit het smalle eikenlaantje in, dat ons in de Rohofstraat, tegenover het Bureau van den Bond van Vreemdelingenverkeer in Twenthe brengt. Linksaf slaande, bereiken wij de Wierdensche straat en deze rechts volgende, het Marktplein, het middelpunt van Almelo, met den aardige gevel van het waaggebouw en het Kantongerecht. Voor dit gebouw staande, overziet men aan beide zijden van het kanaal een groot gedeelte van de Almelosche industrie. Rechts een eindje van het kanaal af, ligt de ververij van Palthe, in den lande welbekend, eene bekendheid, waarvan ook de Bond voor Vreemdelingenverkeer profijt heeft mogen trekken. Doeltreffender reclame dan door middel van de firma Palthe en de firma Molkenboer te Oldenzaal, die onze reclamebiljetjes in hunne zendingen insloten, is zeker moeilijk denkbaar.
Tegenover het Kantongereoht staat het hôtel ‘Van ouds de Prins’. Gelegenheid om te logeeren is er in Almelo voldoende, want behalve genoemd hôtel bezit het nog de hôtels Schreuder en Grimme tegenover het station en de Gouden Leeuw en Centraal aan de Grootestraat. Op den hoek van deze straat en de Markt biedt Café Ludeking een aardig zitje. Ook in De Poort van Cleef aan de Veemarkt is gelegenheid tot logeeren, terwijl we, als wij een tochtje naar Vriezenveen maken, ons voor den rit kunnen sterken in café Klein Scheveningen van den heer Hartgers. Voor hen, die een pension boven een hôtel verkiezen, is het pension Nijkamp in de Brugstraat het aangewezen adres.
‘Wilt gij wie langzaam rijdt voorbij,
Doet dit dan aan zijn linkerzij’.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten