Wandeling No. 16.
PER AUTO.
De auto stopt op den weg Denekamp-Oldenzaal, na de beide bruggen bij Dinkeloord te zijn overgegaan, even voorbij het hotel van dien naam; rijdt daarna den grintweg naar Losser tot den grooten weg Oldenzaal-De Poppe (Bentheim), daar bij wegwijzer no. 1790 rechtsaf en wacht halverwege M.P. 2 en 1, even voorbij de oprijlaan naar het huis Egheria. 11 K.M.
WANDELING. Kaart No. 10. - 9.2 K.M.
Rechts van den weg ligt hier de villa De Borcht, op de plaats waar eens het Huis ‘Borch’ in Bonijnge was gelegen, links van den weg, het Sterrebosch, waarheen de blauwe driehoek in de richting Oldenzaal weer onze leidsman zal zijn. Volgens de beschrijvingen zou het bosch, waarin we nu dwalen, de meeste sterren bezitten van alle gelijknamige bosschen in Nederland; ook de vijver is in stervorm aangelegd. Eerst volgen we hier langs den rand van het bosch een ouden arm van den Dinkel, om daarna de oevers van het riviertje zelf te volgen en de Beuningerbrug te bereiken, een mooi plekje, waar de rivier er heel wat bedaarder en bezadigder uitziet dan voorbij het Borchtbosch en in de buurt van het Lutterzand. Hier zijn beide oevers begroeid en met geboomte bezet, terwijl het licht slechts spaarzaam door het dichte bladerdak heenstraalt. Aan den anderen oever ligt het Hassinkbosch, maar door daar te wandelen, zouden we te veel van onzen weg afdwalen en daarom volgen we nog een eindje den westelijken oever, zeggen dan het aardige riviertje voorgoed vaarwel om door een stukje heide en door het bouwland op den grintweg Denekamp-Losser te komen, dien we even volgen, om spoedig weer een zandweg in te slaan.
Nu volgt nog een flinke wandeling door het heuvelland, dat zich tusschen Denekarnp en Oldenzaal uitstrekt, met tal van mooie vergezichten. Voorbij de boerderij Austi begint de weg te stijgen langs de uitgestrekte, hier en daar met boomgroepen bezette weide, die op de noordelijke helling van den Austiberg is gelegen. Boven gekomen, waar een wit hek den weg kan afsluiten, gaan we even het pad op, dat rechts tusschen het eiken hakhout en het prikkeldraadhek doorloopt, totdat we in dat hek een smallen overstap zien, waarlangs we het hoogste punt van den heuvel, kenbaar aan eenige daar staande boomen, kunnen bereiken. Nagenoeg in het noorden ligt Denekamp voor ons, links wijst de molen in Beuningen ons de richting van den weg naar Oldenzaal aan. terwijl aan de andere zijde men ver Duitschland inziet.
Aan de westzijde van den heuvel bevinden zich 2 bronnen, die de boerderijen Epman en Austi als natuurlijke hoogdrukwaterleidingen van water voorzien. Toen deze bronnen nog niet voor dit doel werden benut, vormden zij in den winter bij vriezend weder een gletscher langs den berg.
Het plan bestaat hierboven een uitspanning te stichten. We gaan naar den weg terug en komen, dalende naar het zuiden, op den zandweg, die aan den voet van den heuvel loopt en ons door een tweetal hekken op den weg naar den Hakenberg brengt. Deze weg kan nog wel eens wat modderig wezen, maar op een beetje modder moet men in Twente nog niet al te veel letten. Dat de wegen veelal nog in natuurstaat verkeeren, is een voordeel voor ons, wandelaars, want het is een bewijs, dat er nog niet veel aan de natuur is veranderd; met den aanleg van kunstwegen gaat dikwijls veel van het natuurschoon verloren. Wanneer we den Hakenberg zijn opgewandeld, komen we door het zich daarboven bevindende eikenboschje op den top, waar een drietal eiken als 't ware den omtrek bewaken, en een schoon panorama ons oog boeit. Van den top keeren we naar het zooeven verlaten pad terug, volgen dit linksaf, slaan bij de boer¬derij weer linksaf en bereiken over de boerderij Duivendal het bosch De Völker, van den heer H. ter Kuile. Op den hoek bij de villa een prachtig vergezicht op Gildehaus en Bentheim. Bij de boerderij Ophuis rechtsaf den zandweg volgende, bereiken we de houten Belvédère, waar een prachtig uitzicht langs den noordelijken horizon te genieten valt. Van de Belvédère voert een slingerend boschpad, waarlangs eenige prachteiken staan, ons op een langzaam dalenden weg door dennen en zwaarder hout; hier en daar staan wij bij dwarswegen eens even stil om de fraaie kijkjes in de zijlanen niet te missen. Zware eiken en oude dennen wisselen elkaar op die zijpaden af, terwijl hier en daar doornige takken, over het pad liggende, u het voortgaan bemoeilijken en het sterk getemperde licht donkere schaduwen doet ontstaan. Langs een pad door het bosch en voorbij de boerderij Middelkamp dalen we over een stukje open weide af in ‘de hel’; ons pad slingert tusschen het geboomte door, om bij de boerderij Brand op den weg naar den Tankenberg te komen. De Tankenberg, een der hoogste punten van Nederland, 84 M., is een oude offerplaats van lang verdwenen geslachten, waar de beroemde tempel van Tanfana heeft gestaan en die door de Romeinen onder Germanicus werd verwoest.
Even verder ligt de koepel, die van den weg gezien, ternauwer¬nood boven het groen uitsteekt; het Latijnsche opschrift herinnert aan den zooeven genoemden tempel. Prachtig is hier het uitzicht naar Almelo, Ootmarsum en Denekamp; ook Noordhorn in Duitsch¬land is nog te zien.
Van den Koepel begeven wij ons verder westwaarts, om door een hollen weg over den berg, met fraai uitzicht, voorbij de villa Egheria van den heer H.E. ten Cate, te Almelo, den kunstweg Oldenzaal-Bentheim te bereiken.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten